
Wetenschappelijke naam: Baryancistrus sp.
L-nummer: L142 / LDA33
Herkomst: Zuid-Amerika / Brazilië / Rio Tapajós
Maximale lengte: 25 – 30 cm
Temperatuur: 26 – 30 ºC
Dieet: Omnivoor (alleseter)
- Taxonomie
- Beschrijving
- Verspreiding en leefgebied
- Dieet
- Aquarium
- Geslachtsverschil
- Voortplanting en kweken
Order: Siluriformes
Onderorder: Loricarioidei
Familie: Loricariidae
Onderfamilie: Hypostominae
Geslacht: Baryancistrus
Soort: nog niet beschreven
De Baryancistrus sp. "L142" / "LDA33" is ook wel bekend als de "Snowball Pleco". Deze naam heeft hij waarschijnlijk gekregen omdat de vis zelf donker zwart of donkerbruin is en grote ronde witte stippen over zijn hele lichaam heeft. Deze stippen kunnen variëren in grootte en vorm maar zijn over het algemeen rond of ovaal en helder wit of soms lichtgeel. De vinnen van deze vis zijn over het algemeen ook donker gekleurd met dezelfde witte stippen als op het lichaam. Hierdoor is het een opvallende en dus ook erg gewilde harnasmeerval in de aquariumhobby.
De "LDA33" heeft de typische platte buik en stevige, bepantserde lichaamsvorm wat kenmerkend is voor Baryancistrus-soorten. Zijn lichaam is robuust en hij heeft een breed, plat hoofd. De rugvin is hoog en driehoekig.
Verder zijn de ogen relatief groot en vaak bruin van kleur.
Baryancistrus sp. "L142" / "LDA33" komt alleen voor in Brazilië. Hier leeft hij in de Rio Tapajós, een belangrijke zijrivier van de Amazone.
Hier leeft hij in snelstromende rivieren en beken met een rotsachtige bodem en veel schuilplaatsen. Het water is er helder en zuurstofrijk met een sterke stroming. De temperatuur is er tussen de 26 en 30° C
Hij geeft de voorkeur aan gebieden met veel rosten, kiezels en kienhout, welke dienen als schuilplaatsen en broedplaatsen.
De "L142 / "LDA33" is een omnivoor (alleseter) met een duidelijke voorkeur naar plantaardig materiaal. In zijn natuurlijke habitat voedt de "L142 / "LDA33" zich voornamelijk met algen welke op rotsen en kienhout groeien. Hierbij eet hij ook kleine ongewervelden, zoals insectenlarven en kreeftachtigen welke in de algen en tussen de rotsen leven. Af en toe eet hij hierbij ook detritus, organisch afvalmateriaal, dat op de bodem ligt.
Het is belangrijk voor de gezondheid en het welzijn van deze vis om hem in het aquarium een uitgebalanceerd dieet te geven. Daarnaast is het ook echt belangrijk dat ze constant over voeding beschikken. Deze soort eet veel en zijn gezondheid zal snel achteruit gaan bij te weinig voeding, het is dus aan te raden om minimaal één of twee keer per dag te voeren, bij voorkeur wanneer de lichten uit zijn. Het zijn nacht actieve dieren.
Wanneer ze te weinig voeding krijgen zal hun buik snel invallen en zwart worden. Vooral bij nieuw binnengekomen import heeft ze vaak ingevallen en zwarte buiken, een goede quarantaine periode is dus belangrijk!
Ze hebben een gevoelig spijsverteringsstelsel, een dieet dat te rijk is aan eiwitten kan leiden tot spijsverteringsproblemen.
Algen zijn hierbij erg belangrijk. Het is mogelijk om algen te laten groeien in het aquarium of om Spirulina tabletten of Spirulina granulaat te voeren.
Daarnaast kunnen ook groenten zoals courgette en (geblancheerde) spinazie gevoerd worden.
Voor de proteïnen en eiwitten zijn muggenlarven, watervlooien en artemia een uitstekend voer.
Ik voer mijn Baryancistrus sp. "L142 / "LDA33" met EBO Spirulina tabs, EBO Spirulina pasta en EBO Spirulina soft granulaat. Daarnaast geef ik ze soms ook EBO Plankton tabs, EBO Insect soft granulaat en Futterdose Krill soft granulaat.
Baryancistrus sp. "L142" / "LDA33" kan in het wild tot 30 cm groot worden maar blijft in gevangenschap meestal rond de 20 cm. Omdat hij nogal territoriaal gedrag vertoont, heeft hij een ruim aquarium nodig. Een aquarium van minimaal 150 cm lengte is aanbevolen voor een volwassen exemplaar. Grotere aquaria zijn altijd beter, vooral als u meer dan één exemplaar wilt houden.
De Baryancistrus sp. "L142" / "LDA33" is erg gevoelig voor waterkwaliteit, dus een goede filtratie en regelmatige waterverversingen zijn belangrijk. Daarnaast is zuurstofrijk water ook een pree voor deze soort.
Hij geeft de voorkeur aan een sterke stroming in het aquarium, voldoende schuilmogelijkheden en ook wel voldoende zwemruimte. De temperatuur zou tussen de 26 en 30 °C moeten zijn.
Voor de bodem kan fijn zand gebruikt worden. Het aquarium kan ingericht worden met stenen, legholen en kienhout om schuilmogelijkheden te creëren. Let hierbij wel op dat alles goed en stevig is geplaatst want de Baryancistrus sp. "L142" / "LDA33" graaft graag in het zand.
De "L142" / "LDA33" kan territoriaal zijn, vooral tegenover andere bodembewoners hoewel hij over het algemeen vredig tegenover andere vissen in het aquarium is. Geschikte aquariumgenoten zijn bijvoorbeeld middelgrote cichliden en karperzalmen.
Hij eet graag plantaardig voedsel en schraapt ook op hout, waardoor hij niet de beste pleco is voor beplante aquaria.
Helaas heb ik nog geen koppel van deze soort gevonden voor een uitgebreide foto reeks met betrekking tot het geslacht. Het is vergelijkbaar met de Baryancistrus xanthellus "L81" en Baryancistrus xanthellus "L177".
Het kweken van deze soort is niet eenvoudig en is naar mijn weten dan ook nog niet na gekweekt.